De kunst van het bedriegen

Wie een tocht langs de Nederlandse theaters maakt en regelmatig televisiekijkt, kan het niet ontgaan zijn: de amusementskunst is halverwege de jaren negentig aan een geweldige opmars begonnen. Het cabaret heeft zich naast het voetbal een plek veroverd in de categorie 'Groot Volksvermaak'. Zangers wedijveren om de grootste stadions, en populaire talentenjachten als Idols trekken wekelijks een miljoenenpubliek op de televisie. Onder druk van deze hype is het kunstenaarschap van 'het bedriegen' op de tocht komen te staan. Het publiek laat zich verleiden door minder dan waar het recht op heeft. Cabaretiers, zangers en producenten verkopen niet zelden slappe leugens voor een te dure prijs.Aan de hand van voorbeelden uit de praktijk (met onder andere Acda en de Munnik, Paul de Leeuw en De Vliegende Panters) geeft Weismann inzicht in de ware kunst van het bedriegen. Daarnaast laat hij zien dat er veel meer bij komt kijken dan aanleg en talent alleen om podiumkunstenaar te zijn, en wat de