In het Veilige Land leven dwergen, mensen en elfen naast elkaar. De dwergen bewaken de grens tegen invallen van orcs, alfen (kwade elfen) en andere monsters. Duizend jaar geleden werd een dwergenstam verslagen door zwarte macht, nu grijpt deze macht overal om zich heen. Tungdil is als dwerg opgegroeid bij een mensenmagier en krijgt de opdracht zijn volk te zoeken. Door een wanhoopsdaad van de grote dwergenkoning loopt dit uit op een queeste om het Veilige Land te bevrijden. Het boek wordt in de flaptekst vergeleken met 'In de ban van de ring'. Hoewel schrijfstijl en details duidelijk anders zijn, heeft het daar inderdaad wat van weg zowel qua thema (een groep goeden uit diverse volkeren strijdt tegen het kwaad dat allerlei monsters aanstuurt) als qua hoofdpersoon: onzeker over zijn eigen kunnen, zoekende en groeiend in het verhaal. Het boek leest prettig weg ondanks vele samengestelde, lange zinnen en de dikte. Het taalgebruik is herkenbaar; afwisseling van decors en gebeurtenissen